zondag 3 april 2016

Waarom ik mijn stembiljet verscheurde


In een zoals wel vaker uitstekende column in de NRC van 2 april voert Bas Heijne ons terug naar Alexis de Tocqueville die er in de negentiende eeuw al voor waarschuwde dat de democratie om zeep geholpen kan worden door gebruik te maken van de democratische spelregels. Het meest sprekende contemporaine voorbeeld is natuurlijk het Turkije van Erdogan. Ook kan democratie leiden tot beschamende taferelen, zie de manier waarop initiatiefnemers tot een referendum Oekraïne misbruiken om de EU te saboteren.

Een ander mogelijk nadeel van de democratie is de saaiheid. Er is geen plaats voor nationaal pathos, glorie en eergevoel. De Tocqueville meende dat religie een goede uitlaatklep vormde voor dat gemis aan gedeelde emoties. Wij hebben daar in onze postmoderne tijd de sport voor in de plaats gekregen. Maar uiteindelijk blijken die 'oplossingen' voor steeds meer mensen steeds minder te voldoen.

En zo kregen wij ons referendum dat op een gore leugen blijkt gebaseerd. We werden om de tuin geleid door een stelletje EU-haters. Bas Heijne: de verleiding is dus groot om mijn stembiljet te verscheuren. Toch, zo gaat hij verder, voelt dat als cynisme met cynisme beantwoorden. Recalcitrantie is geen democratie. En: met populisme kun je twee kanten op, vernieuwing of vernietiging. Ik kies voor het eerste en stem ja.

In dezelfde krant stelt Alexander Pechtold: ik heb nog liever dat je 'nee' stemt dan dat je niet gaat stemmen, want dit is democratie.

Dit zijn natuurlijk valide argumenten die ik mij ter harte neem. Toch heb ik er geen seconde spijt van dat ik mijn stembiljet verscheurde. Ik ga mij in de komende tijd nog verder verdiepen in het fenomeen referendum maar vooralsnog is mijn belangrijkste principiële argument tegen dit instrument gelegen in de aard van onze democratie: wij hebben een vertegenwoordigende democratie, een volksvertegenwoordiging.

Een tweede bezwaar tegen het instrument is de onhoudbare gedachte dat iedere probleemstelling kan worden teruggebracht tot een omvang van honderdveertig tekens zonder de inhoud daarbij geweld aan te doen. Daarmee wordt de complexiteit van de werkelijkheid ontkend en wordt gesuggereerd dat voor ieder probleem simpele oplossingen voorhanden zijn.

Een derde bezwaar is dat het instrument referendum in handen van populisten een gevaarlijk wapen kan worden. En het is precies dit laatste waar wij nu mee geconfronteerd worden. Het restauratieve conservatisme van Baudet, de puberale recalcitrantie van Roos, de beschamend misleidende wetenschapsbedrijving van van Dixhoorn bij elkaar gebracht door een bedenkelijk 'journalistiek' platform als Geen Stijl. Dit is geen recept voor democratie. Dit is een recept voor afbraak en ongegeneerd nationalisme. Dit is de weg bereiden voor gevaarlijke politici.

Voor mij wordt 6 april een donkere dag, de dag waarop Nederland naar verwachting over de rug van Oekraïne de middelvinger opsteekt naar de EU. De dag waarop heel veel burgers die nooit gingen stemmen opeens wel de weg naar een stembus weten te vinden. Het is niet anders. En we zullen hier ook rekening mee moeten houden, een antwoord op moeten zien te vinden. Voordat chaos en geweld de route voor ons gaan bepalen.

Geen opmerkingen: