maandag 23 juni 2014

Van een gezamenlijk verleden naar een gezamenlijke toekomst


Een uitgebreid artikel van Geert Mak in de NRC dit weekend over de vraag of zoiets als de Eerste Wereldoorlog opnieuw zou kunnen gebeuren. Mak veronderstelt dat een dergelijke ramp nu niet bepaald voor onze deur staat maar er zijn naar zijn waarneming wel degelijk overeenkomsten tussen het nu en het toen. Drie overeenkomsten zijn volgens Mak opvallend: het kapen van de politiek, de overschatting van het heden en de irrationele collectieve mythen die de publieke discussie gaan beheersen.

Werd de politiek in 1914 gekaapt door de oorlogsmachinerie die op gang kwam terwijl iedereen stond toe te kijken, in het huidige tijdsgewricht werd de Europese politiek volgens Mak gekaapt door de financiële crisis. Ik ben zo vrij hier toch een kanttekening bij te plaatsen. De financiële crisis was een harde werkelijkheid die mogelijk is geworden door de blinde uitgavendrift van de moderne Europese staten. Dat die crisis ons is gaan beheersen en nu gepaard gaat met een toenemend nationalisme in alle Europese lidstaten is ontegenzeggelijk waar. Maar tegelijkertijd is Europa er wel in geslaagd de crisis het hoofd te bieden en is er een onvermijdelijke bankunie gekomen. Dat is winst die te danken is aan de Europese politici, ook al was het vaak tegen wil en dank.

De overschatting van het heden is een fenomeen van alle tijden. Uiteindelijk komt die neiging voort uit de vooruitgangsgedachte. Die gedachte is een misvatting maar zie de goegemeente daar maar eens van te overtuigen. Wetenschappelijke en technische ontwikkeling geven ons vaak het gevoel dat we vooruit gaan maar die vooruitgang heeft altijd een inktzwarte keerzijde. Denk onder meer aan het niets ontziende geweld van het fundamentalisme, overal ter wereld.
Terecht wijst Mak erop dat de Russische dromen en het nationalisme van de Europese populisten negentiende-eeuws van karakter zijn maar tegelijkertijd evenzeer van deze tijd zijn, maar dan met de moderne middelen van communicatie en conflictbeheersing.

Het grootste gevaar schuilt wat mij betreft in de derde overeenkomst die Mak ziet: de irrationele mystiek. Hier zijn met name de populisten aan het woord. Mak zegt dat niet met zoveel woorden maar ik wil dat wél zo formuleren. Het zijn de populisten die xenofobie, het verlaten van de vereniging en het afzien van de gezamenlijke munt bepleiten. Ze baseren zich op vermeend cultureel erfgoed, koesteren de joods-christelijke traditie waarin wij geworteld zijn en nemen de argeloze bevolking aan de hand, weg van wat Mak terecht kenschetst als het wonder van het naoorlogse Europa. Het Europese project is een historisch experiment met alle fouten die je daarbij kunt verwachten. Maar we mogen ons dat wonder niet af laten pakken door nieuw tromgeroffel, aldus Geert Mak.

Mak sluit af met dat prachtige gedicht van Leo Vroman: Kom vanavond met verhalen / Hoe de oorlog is verdwenen / En herhaal ze honderd malen / Alle malen zal ik wenen. Wij moeten die verhalen blijven vertellen, aldus Mak omdat dat de enige manier is om het gezamenlijke verleden om te smeden tot een gezamenlijke toekomt. Daar heb ik niets aan toe te voegen.

Geen opmerkingen: