zaterdag 19 september 2015

De (zorg)manager is een teken van ziekte


In de NRC lezen we dat de conclusie van een rapport over robotisering luidt dat vooral banen in het midden van de arbeidsmarkt verdwijnen. Medewerkers in de drukkerij en kunstnijverheid worden het vaakst overbodig, terwijl de beroepsgroep van zorgmanagers onstuimig groeit: tussen 1996 en 2014 kwam er jaarlijks 11,8 procent bij.

Ik ben ervan overtuigd dat deze trend veel breder is. Ook in de medische wereld en in het onderwijs is het verschijnsel manager doorgedrongen als kwaad weefsel in een gezond lichaam. Dit fenomeen is een veeg teken aan de wand. Het vertegenwoordigt een falende overheid die is gaan geloven in de tucht van de markt. Met als gevolg dat diezelfde overheid niet meer bij kan sturen wanneer zich onbedoelde en onwenselijke neveneffecten voordoen. De overheid is immers teruggetreden en beperkt zich nog slechts tot toezicht op afstand. Die toezichthouders blijken maar al te vaak te wanpresteren.

De toename van managers betekent dat er teveel protocollen, formulieren, (quasi)meetbare doelen en eindeloos veel regelingen en regeltjes zijn ontwikkeld. Het werkveld is nodeloos gecompliceerd gemaakt en wanneer op enig moment bezuinigingen moeten doorgevoerd, blijven de regelingen en regeltjes, de protocollen heilig. De manager heeft zichzelf onmisbaar gemaakt, al het andere kan verdwijnen. Dit is Kafka in optima forma.

Maar het betekent eenvoudig niets anders dan dat blauw op straat verdwijnt, dat er steeds minder handen aan het bed zijn, dat de klasgroottes toenemen en steeds meer maatschappelijke taken bij het onderwijs gedumpt worden. Het enige wat telt, het edele handwerk, is volledig naar de achtergrond gedrongen en bij het minste beetje tegenwind wordt het van de rand van de tafel geduwd. Een beter bewijs van een zieke samenleving is niet te vinden.

Geen opmerkingen: