zaterdag 9 september 2017

Een parlement voor de Eurozone?


Er verschijnen steeds vaker artikelen in de pers over de noodzaak van een parlement voor de Eurozone. De bekende econoom Piketty wijdde er een heel boek aan: Naar een democratische Europa. Ook Macron bepleit een sterkere positie voor de Eurozone.


Dat parlement zou vooral uit vertegenwoordigers van nationale parlementen moeten bestaan, aangevuld met enkele Europarlementariërs. De zetels van het parlement worden verdeeld naar rato van de bevolking van ieder lid van de Eurozone. Duitsland maakt 24 procent van de bevolking van de Eurozone uit en krijgt dus 24 zetels.


Dat Eurozoneparlement dient de Eurogroep te controleren en zou ook een eigen budget moeten krijgen, te financieren uit collectieve heffing van vennootschapsbelasting. Doel is om te komen tot nauwere fiscale en begrotingssamenwerking. Alleen op deze manier kan de kloof tussen de EU en de burger hersteld worden.

Nu blijven landen elkaar onderling beconcurreren op bedrijfsbelasting, aldus Piketty. De vrees van het Noorden voor de begrotingsdiscipline van het Zuiden vindt hij onzin. Alle EU-lidstaten zijn met de ogen open in een muntunie gestapt, zegt hij. En een muntunie zonder democratie is uiteindelijk niet levensvatbaar.

Wat mij niet duidelijk is, is hoe zo'n Eurozoneparlement zich verhoudt tot het Europees Parlement. Het is mij volstrekt helder dat een paneuropees project alleen kans van slagen heeft als het een daadwerkelijk democratisch project is. Maar je moet er niet aan denken dat er nog een parlement op Europees niveau bij zou komen.

Geen opmerkingen: