maandag 25 februari 2013

Kunst of propaganda?


In het Drents museum is een tentoonstelling ingericht rond het thema socialistisch realisme met een groot aantal werken van Russische schilders uit de eerste decennia van de twintigste eeuw, een van de meest veelbewogen periodes uit de Russische geschiedenis met als apotheose de bolsjewistische revolutie van de jaren rond 1917, een revolutie die al gauw zou ontaarden in de paranoia van Stalin.   Kunst werd in die jaren al gauw gezien als een bruikbaar instrument om de idealen van de revolutie dichterbij te brengen en het duurde niet lang voordat kunstenaars gedwongen werden hun creativiteit aan te wenden voor de hoger gelegen politieke en sociaalmaatschappelijke doelen. De geschiedenis heeft ons natuurlijk wel meer voorbeelden gegeven, de Kulturkammer ten tijde van de Tweede Wereldoorlog, de Culturele Revolutie van Mao's rode boekje enzovoort.
Nu is er geen enkele wet die beweren kan dat kunst zich niet zou mogen lenen voor het uitdragen van idealen maar doorgaans is kunst toch interessanter wanneer ze op een of andere manier een kritische reflectie biedt op wat wij als onze werkelijkheid beschouwen. En dat is nu precies wat dictatoriale regimes niet waarderen. En de bolsjewieken zagen al gauw ieder andersdenkende als een vijand van de revolutie, de vijand van het volk. Kritische zin werd niet alleen niet gewaardeerd maar ook verboden en uitingen van een kritische geest die niet in lijn met de idealen van de revolutie werden verondersteld, werden steevast begroet met de zwaarste straffen, tot en met de kogel.

Er is wel wat voor te zeggen dat een ware kunstenaar zich nooit met een dergelijke ideologie zou mogen associëren, corrumperen. Maar toch... toch is deze expositie een opzienbarende tentoonstelling met werkelijk prachtig en imponerend werk. Ook de enorme doeken die bol staan van de idolatrie rond Lenin en Stalin, een staatsieportret van Stalin, de propaganda voorstellingen van soldaten, boeren en arbeiders laten niet na indruk te maken en veel van die werken zijn ook schilderkunstig meer dan de moeite waard.

Er doet zich een merkwaardig fenomeen voor: de schrijver Paustovsky wordt in het algemeen beschouwd als een van de grote literatoren uit die eerste decennia van de twintigste eeuw. En ofschoon ik dat oordeel deel - hij heeft een groot aantal ongelooflijk prachtige en indrukwekkende reisreportages en buitengewoon vitalistische boeken over de Russische samenleving, industrie en cultuur van die jaren geschreven - kan ook ik niet om het feit heen dat Paustovsky nergens ook maar enige kritiek heeft geformuleerd op alles wat er ondanks het revolutionaire elan uit die tijd fout is gegaan. En dat falen kán hem niet ontgaan zijn, hij was niet blind. Maar het is niet aan mij hem te veroordelen, dat zou ik trouwens niet willen ook want zijn boeken behoren tot het beste wat ik ooit gelezen heb.

Dat laatste oordeel geldt wat mij betreft ook veel van de schilderijen die in Assen bijeen zijn gebracht. Prachtig werk van Korzjev, Deineka, Joeon, de gebroeders Tkatsjev, Samochvalov en Rjazjskij om er maar enkele te noemen. Het mooiste doek is van de laatstgenoemde schilder en is getiteld Brief, 1939. Laat het voor een deel propaganda zijn, de bewieroking van politieke leiders verdient doorgaans slechts argwaan en scepsis maar anderzijds waren er zeker voordat de grote paranoia uitbrak (in bijvoorbeeld Leven en lot geeft Vasili Grosmann daar huiveringwekkende voorbeelden van) ook miljoenen Russen die heilig geloofden in de revolutie en de heilzame werking daarvan voor de samenleving en het individu. U mag hem niet missen, deze prachtige expositie in een fraai museum, u kunt er tot in juni terecht.


Geen opmerkingen: