dinsdag 17 september 2013

Ik of Wij


In een interessant artikel in de Volkskrant van afgelopen weekend staat evolutionair psycholoog Mark van Vugt stil bij de vraag of de wereld beter wordt van het marktmechanisme en het eigenbelang nastrevende individu. Hij beschrijft hoe uit tal van psychologische experimenten en onderzoeken is gebleken dat rechtvaardigheid en eerlijk delen belangrijke motieven voor menselijk gedrag zijn dan financieel eigenbelang. Dat eigenbelang neemt pas de overhand als sociale structuren verdwijnen.

Ook trekt van Vugt de konklusie dat macht het inlevingsvermogen in de ander reduceert. Vanuit dit soort invalshoeken kijkt hij naar de huidige economischer crisis en komt tot de slotsom dat deze vooral een gevolg is van overheidsbeleid waarin de menselijke sociale instincten stelselmatig werden ondermijnd. Concurrentie tussen groepen ging verloren ten gunste van concurrentie tussen individuen: het eigenbelang kreeg de overhand.

Heel expliciet treden deze ontwikkelingen en processen aan de oppervlakte in het personeelsbeleid van bijvoorbeeld de grote financiƫle instellingen, waar 'snakes in suits' werden gerekruteerd om de organisatie concurrerender te maken. En het is niets voor niets dat dit type werknemer vooral gelokt moest worden met bonussen, waardoor risicozoekend gedrag werd gestimuleerd en niet zelden uitmondde in doldriest handelen dat zich op en vaak ook over de rand van fatsoenlijk gedrag voltrok. Zo ging ENRON bijvoorbeeld ten onder aan list, bedrog, hebzucht en fraude. Dit fenomeen kon overal in de kapitalistische wereld waargenomen worden, nog steeds trouwens en ook in ons land.

Van Vugt bepleit een herwaardering van de mens als primair een sociaal en moreel dier dat het beste gedijt in egalitaire sociale structuren, waarin dominantie, narcisme en hebzucht kunnen worden geneutraliseerd. Inkomensongelijkheid, stelt van Vugt, vergroot machtsverschillen en vermindert solidariteit en inlevingsvermogen.

Van Vugt wijst er mijn inziens terecht op dat de markt primair het resultaat is van een strijd tussen groepen. Die groepen zullen overleven die zich het beste hebben georganiseerd, waarin de individuen het beste met elkaar samenwerken, waar succesvolle leiders de voorwaarden scheppen waaronder die samenwerking gestalte krijgt. De zogeheten groepsselectie. Vanaf het ontstaan van homo sapiens, heeft deze soort vooral in groepsverband geleefd (slechts 1% van al die tijd woont de mens in steden en dorpen)  in sociale verbanden waar de beste overlevingsstrategie was om met elkaar samen te werken en schaarse middelen te verdelen. Hebzucht en eigenbelang vormden een direct gevaar voor de overlevingskansen van de groep.

In deze kolommen leg ik vaak de nadruk op het aspect van de moraal. Maar de eerlijkheid gebiedt te erkennen dat het nauwelijks zin heeft een moreel appel te doen aan het eigenbelang nastrevende individu. Dat appel komt niet aan. Ook naming and shaming sorteert natuurlijk geen enkel effect. Voor je't weet word je ervan beschuldigd een fatsoensrakker te zijn. Anderzijds is natuurlijk de vraag welke bijdrage de evolutionaire psychologie aan het economisch denken kan leveren.

De economie is namelijk de markt, het kapitalisme heeft een monstrum gebaard dat op vrijwel autonome en onbeheersbare, oncontroleerbare wijze mechanismen inwerking doet treden waar beleidsmakers en politici geen grip meer op kunnen krijgen. Het zijn - zoveel is duidelijk - vooral mechanismen die gebaseerd zijn op het principe van de hebzucht en het eigenbelang. En van Vugt mag dan beweren dat de mens primair geneigd is tot samenwerken en delen, er lopen toch nog heel veel individuen rond die daar totaal geen last van hebben. En die het op grond van hun persoonlijke excellentie ook heel logisch vinden dat ze extra beloond worden, onder het motto: eerlijk zullen we alles delen, ik een beetje meer dan jij.

Geen opmerkingen: