vrijdag 21 september 2012
Ayaan shines her light
Onder de titel Protest is het enige wat ze nog hebben publiceerde Ayaan Hirsi Ali in de NRC van 20 september een uitstekend essay over de reactie uit de moslimwereld wanneer er in de ogen van sommige moslims blasfemie wordt gepleegd. Ayaan analyseert het gewelddadige protest van moslims en verweeft dat op een indringende manier met de geschiedenis van Salman Rushdie alsmede haar eigen ervaringen hier ten lande, nu alweer enige jaren geleden. Wie herinnert zich die onaangename tijd niet?
Toch plaats ik enkele vraagtekens bij dit artikel. En dan vooral als Hirsi Ali stelt dat het protest van de laatste dagen tegen een stompzinnig Amerikaans filmpje een uiting is van de hoofdstroom van de hedendaagse islam. Dat is makkelijker gezegd dan bewezen.
Zoals de makers van de gewraakte film geen religieuze maar politieke redenen hadden om hun wanproduct te maken, zo hebben - is mijn stelling - islamitische machthebbers politieke redenen om protesten te organiseren telkens wanneer er een hen onwelgevallige uiting in het Westen plaatsvindt.
In de meeste islamitische samenlevingen zijn armoe en werkeloosheid aan de orde van de dag en is er tevens sprake van een aanzienlijk mannenoverschot. Al dat testosteron moet zijn weg vinden en het is voor de islamitische machthebbers een koud kunstje deze jonge mannen op te stoken tegen een vermeende gezamenlijke vijand. Daarmee voorkomen zij tevens dat diezelfde jonge mannen tegen hun eigen machthebbers opstaan.
Kijk eens naar de foto bij het artikel in de NRC. Daarop zijn vrijwel uitsluitend jonge mannen en zelfs kinderen te zien. Ik durf wel te beweren dat geen van hen de gewraakte film ooit gezien heeft. Hen wordt medegedeeld dat er ergens een belediging van hun profeet heeft plaatsgevonden en vervolgens krijgen ze het consigne consulaten of ambassades te belagen. Het zou mij niet verbazen als ze er ook nog geld of voedsel voor krijgen.
Het probleem is dat islamitische machthebbers hun dictaturen hebben gebouwd op de islam. Daarmee hebben zij die religie gekaapt voor politieke doeleinden. En dat stelt mensen als Wilders in staat de islam te verengen tot die politieke ideologie. Ayaan Hirsi Ali zegt het niet met zoveel woorden maar zij lijkt die stelling te onderschrijven. Daarmee houdt de vergelijking met Wilders gelukkig op. Hirsi Ali bepleit geduld en tegelijkertijd een politiek waarbij groeperingen en individuen die teleurgesteld zijn geraakt in de politieke islam, geholpen en gesteund worden in het vinden en ontwikkelen van een alternatief. En dat alternatief, stelt Hirsi Ali terecht, is gebaseerd op de idealen van de rechtstaat en de vrijheid van meningsuiting, geweten en godsdienst.
Het zal nog wel even duren alvorens moslims echt gaan begrijpen dat niet iedereen hetzelfde hoeft te denken of geloven en dat in een menswaardige samenleving de rechter de aangewezen functionaris is om een definitief oordeel over disputen uit te spreken. Het zou een goede zaak zijn indien het Westen een eensluidende boodschap blijft uitzenden aan het adres van boze moslims. In dit licht bezien is het optreden van de voorzitter van het Europees Parlement, Martin Schulz, natuurlijk van een ongelooflijke domheid. Wat hij persoonlijk van de film vindt, interesseert mij niet als hij optreedt als parlementsvoorzitter. Maar het is bizar wanneer hij, geflankeerd door twee sjeiks uit Saoedi Arabiƫ, laat weten dat die film nooit gemaakt of verspreid had mogen worden. Kennelijk is hij bereid de vrijheid van meningsuiting op te offeren aan het te hoge testosterongehalte van de moslimwereld. Ik hoop oprecht dat het Europees Parlement hem daarvoor ter verantwoording roept. Grond genoeg voor een motie van afkeuring, zou ik zo zeggen. Jammer, want voor het overige vind ik hem een goede voorzitter.
bron: NRC
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten