dinsdag 8 januari 2013

Inkomensmoraal


In de publieke, dus met overheidsgelden, dus met uw en mijn belastingcenten betaalde sector lopen er in Nederland meer dan 2.500 personen rond die meer verdienen dan 130% van het ministerssalaris. Die 130% komt overeen met € 193.000 per jaar. Het gemiddelde salaris voor deze groep mensen bedraagt € 218.000 per jaar. Meer dan 1.900 personen daarvan (meer dan viervijfde) zijn werkzaam in de zorgsector! De overigen acteren in woningbouwcorporaties, omroepen en universiteiten.

Dit zijn onverteerbare cijfers, die heel nauwkeurig aangeven waar het in onze samenleving fout gaat: onze inkomensmoraal. Als deze veelverdieners ieder een ton inleveren, levert dat per jaar tenminste 200 miljoen Euro op. Wanneer de politiek ons steeds zwaardere lasten oplegt omdat de kosten van de zorg niet meer te beheersen zouden zijn, is het niet te verteren dat deze extreem hoge salarissen niet worden aangepakt.

Er is geen verschil tussen een CEO van een ICT-bedrijf, een directeur van een woningbouwcorporatie, een hoogleraar aan een universiteit of een directeur van een zorgaanbieder. Zij hebben allen met elkaar gemeen dat ze voor hun toevallige talent extreem hoog beloond worden.

Ho wacht even, zeggen zij dan, we hebben er toch hard voor gewerkt!? Ja, maar omdat jullie uit de staatsruif eten, moet de rest van het land ook heel hard werken om jullie buitensporig honorarium op te hoesten. Dat wordt gemakshalve voortdurend vergeten. Belastingcenten zijn bedoeld voor gemeenschappelijke voorzieningen waar we niet zonder willen of kunnen.

Maar belastingcenten zijn niet bedoeld voor hobby's van medeburgers, of het nu om religie of teeveevermaak gaat. CEO's dreigen nogal eens zich op te stellen als de bedrijfsmatige variant van Depardieu. U kent mijn standpunt: laat maar gaan. Maar denkt u nou echt dat al die presentatoren, hoogleraren, woningbouwcorporatiedirecteuren en zorgaanbieders collectief in het buitenland aan de slag kunnen? Onzin natuurlijk en zelfs als dat wel het geval zou zijn: laat maar gaan.

Wat wij ons te weinig realiseren is dat een gezonde publieke moraal bestaat bij de gratie van de zelfbeheersing vanuit het gemeenschappelijk gekoesterde belang dat wij solidariteit noemen.

Geen opmerkingen: