woensdag 17 februari 2016

Quantitative Ease, het middel dat erger is dan de kwaal?


In een interessant interview met de Japanse econoom Richard Koo (NRC 13 februari) legt deze uit dat het levensgevaarlijk is geld in de markt te brengen door het massaal opkopen van staatsobligaties door centrale banken. In financiële termen heet dat Quantitative Ease (QE). Het probleem van zulk monetair beleid, aldus Koo, is dat dat geld wel beschikbaar komt maar in de praktijk niet wordt uitgeleend waardoor dat geld vervolgens in de financiële sector terecht komt. Maar daarmee wordt het beoogde doel - het aanjagen van de economie - dus niet bereikt. Sterker nog, in feite wordt met zulk beleid het BBP stelselmatig verlaagd.


De enige oplossing die wel werkt is die waarbij de staat geld leent aan de publieke sector. Dat leidt dan weliswaar tot een hogere staatsschuld maar voor Koo is dat verre te verkiezen boven de desastreuze gevolgen van QE. Overtollige cashreserves in het bancaire systeem zijn immers extreem gevaarlijk, aldus Koo. En dat gevaar zit hem in het risico op supersnelle inflatie zodra de banken al die opgekochte staatsleningen weer gaan verkopen.

Inmiddels zijn de financiele markten zeer onrustig geworden en ook binnen de ECB bestaan er grote meningsverschillen over het juiste beleid. Draghi verklaarde echter nog deze week dat hij heilig gelooft in QE. De helft van het economisch herstel komt voor rekening van de QE, aldus Draghi en de andere helft wordt veroorzaakt door de lage olieprijzen. Desondanks doet hij een klemmend beroep op de nationale regeringen om de economieën te stimuleren. Wel binnen de regels voor het begrotingsbeleid, voegt hij eraan toe.


Daarmee geeft Draghi zichzelf én Richard Koo gelijk maar kiest hij ervoor de mogelijk negatieve gevolgen van het opkopen van staatsobligaties voor lief te nemen. Ik was destijds een voorzichtig voorstander van het beleid van Draghi, die ik nog steeds voor een kundig en betrouwbaar bankpresident houd. Maar als een middel niet werkt is het beter ten halve te keren dan geheel te verdwalen. Alles staat of valt nu met de gedegenheid van de analyses en daar zit het probleem. Als bankiers en economen er (onderling) niet uitkomen, wie bepaalt dan wat goed is voor ons?

Bron: NRC 13 en 16 februarti 2016

Geen opmerkingen: