De meest gehanteerde definitie van antisemitisme is die van de International Holocaust Remembrance Alliance (IHRA) en luidt:
Antisemitisme is een bepaalde perceptie van Joden die tot uiting kan komen als een gevoel van haat jegens Joden. Retorische en fysieke uitingen van antisemitisme zijn gericht tegen Joodse of niet-Joodse personen en/of hun eigendom en tegen instellingen en religieuze voorzieningen van de Joodse gemeenschap.
Dit is - naar mijn mening - een op zich duidelijke en werkbare definitie maar er is veel kritiek op met name de voorbeelden die de IHRA erbij geeft , waarvan de meest pregnante zijn:
- Met twee maten meten, in die zin dat van de Staat Israël een bepaald
gedrag wordt geëist dat niet van andere democratische naties wordt
verwacht of verlangd.
- Het huidige beleid van Israël vergelijken met het beleid van de nazi’s.
- De Joden collectief verantwoordelijk stellen voor de daden van de Staat Israël.
We zien steeds meer dat kritiek op Israël en de Israëlische politiek onmiddellijk wordt geframed als antisemitisme. Niet in de laatste plaats door onverantwoordelijke politici zoals Netanyahu. Antizionisme wordt door dezulken gelijkgesteld aan antisemitisme.
Juist om te voorkomen dat kritiek op Israël een op een wordt verward met antisemitisme is er gewerkt aan een nieuwe definitie. Initiatiefnemer is de Israëlische historicus Alon Confino die de Jerusalem Declaration on Antisemitism ontwikkelde:
Antisemitism is discrimination, prejudice, hostility or violence
against Jews as Jews (or Jewish institutions as Jewish).
- Het steunen van het Palestijnse streven naar invulling van hun politieke en mensenrechten zoals vastgelegd in internationale verdragen.
- Kritiek op zionisme.
- Op bewijs gebaseerde kritiek op de staat Israël.
- Boycot en sancties op economisch gebied.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten